Hieronder vind je ons dossier over de vee-industrie. Er wordt uitgelegd wat House of Animals doet voor de dieren in de intensieve veehouderij, wat de problemen en pijnpunten zijn en wat jij kunt doen om ons te helpen bij onze strijd!
Dieren zijn geen dingen, daar zal iedereen het over eens zijn. Toch worden ze in de vee-industrie, of bio-industrie zoals deze massale vorm van veeteelt eerder ook werd genoemd, wel zo gebruikt. Het welzijn van het dier is van ondergeschikt belang aan de productie en opbrengst van vlees, eieren of zuivel. Jaarlijks worden in ons land, vaak verborgen voor de consument, 500 miljoen dieren in de in de (pluim)veehouderij gehouden. Zonder ruimte voor natuurlijk en sociaal gedrag, met als doel een snelle en hoge productie. Dat niet alleen hun leven, maar ook hun einde vaak een lijdensweg is, blijkt uit de vele schandalen over slachthuizen die niemand ontgaan kunnen zijn. Ja, dit gebeurt ook in Nederland, waar dagelijks 1,7 miljoen dieren worden geslacht.
House of Animals zet zich al 10 jaar in voor landbouwdieren.
De vele miljoenen dieren in de vee-industrie lijden achter gesloten deuren, maar House of Animals staat aan hun kant. Al meer dan 10 jaar zetten we ons met veel toewijding in om de manier waarop zij leven zichtbaar te maken, megastallen aan de kaak te stellen en mensen te informeren over het dier achter het vlees op hun bord. Daarnaast voeren we gedegen onderzoek uit, spreken met klokkenluiders en doen waar nodig aangifte bij de politie.
We zorgen voor structurele aandacht in de media. In de vele jaren dat wij ons voor dieren in de veeteelt inzetten hebben we tientallen informatieve en kritische artikelen gepubliceerd op ons mediaplatform AnimalsToday en petities opgezet, zoals de lopende petitie tegen onverdoofd slachten. Al in 2011 bood Karen Soeters 67.835 handtekeningen tegen onverdoofd slachten aan aan de Eerste Kamer.
Stalbranden komen helaas de laatste jaren steeds vaker in het nieuws; het aantal dieren dat op een vreselijke manier omkomt door branden of verstikking stijgt. De media vermeldt dan dat er 4.600 varkens of 40.000 kippen zijn omgekomen. Maar hoe ziet dit er dan uit? House of Animals laat door middel van foto’s en videobeelden zien wat zo’n drama betekent en wat de gestorven dieren hebben meegemaakt.
Om het lijden van de dieren tijdens het transport op warme dagen te kunnen aantonen filmt House of Animals op parkeerplaatsen en bij slachthuizen. Soms staan de vrachtwagens zelfs in de volle zon te wachten. Ons videomateriaal laat duidelijk zien dat de varkens, kalfjes en kippen het bij hitte erg moeilijk hebben. De dieren hijgen zwaar en happen naar lucht. Dit extra lijden op weg naar het slachthuis is onaanvaardbaar.
We nemen elke kans waar om aandacht voor misstanden in de vee-industrie te vragen in media voor een groot publiek, ook over hittestress. Karen Soeters gaf bij Jinek uitleg over de door House of Animals gemaakte beelden van een varkenstransport tijdens warm weer.
House of Animals maakt indrukwekkende documentaires en reportages om misstanden aan het licht te brengen. Na 9 jaar in de vee-industrie te hebben doorgebracht als fokzeug, heeft varken Sam het geluk gehad naar Melief Animal Sanctuary te worden overgebracht. De biggen die ze hier kort na aankomst kreeg, bleven bij haar. In tegenstelling tot de vele jaren in de varkensfabriek heeft ze eindelijk de kans gehad een nest te bouwen voor de bevalling, haar biggen lang te zogen en zien opgroeien tot ondeugende dieren met elk een eigen karakter. House of Animals volgt Sam een jaar lang om een documentaire over haar nieuwe leven te maken. Het leven van Sam als varken en individu bij Melief staat in schril contrast tot het leven dat miljoenen varkens dagelijks leiden en waar Sam eerst deel van uitmaakte.
Zie je dingen die niet in de haak zijn, zoals zieke en onverzorgde landbouwdieren of ander leed, neem dan allereerst contact op met de dierenpolitie op telefoonnummer 144 en informeer ook House of Animals via tip@houseofanimals.nl. Heb je foto’s van misstanden in de vee-industrie of het veetransport, deel ze met ons. Wij gaan vertrouwelijk om met informatie die wij ontvangen.
De beste manier om de miljoenen koeien, varkens, kippen, kalkoenen, geiten, schapen, konijnen en eenden in de intensieve veeteelt te helpen is door ze niet te eten. Hoe minder mensen vlees eten, of producten als eieren en zuivel, hoe minder dieren er in de intensieve veehouderij worden gehouden. Heb je inspiratie nodig om minder of geen vlees, eieren of zuivel te gebruiken, en toch een lekker gerecht op tafel te zetten? Laat je dan inspireren door de recepten van Lisette Kreischer.
Je kunt dieren steunen door je onderaan deze pagina in te schrijven voor onze nieuwsbrief. Daarnaast kun je op de hoogte van de ontwikkelingen blijven via ons media platform AnimalsToday, waar veel artikelen te lezen zijn over de vee-industrie.
Help ons het leed van miljoenen dieren in de vee-industrie aan het licht te blijven brengen en mensen te laten zien dat landbouwdieren net als wij, gevoelens als angst, stress en eenzaamheid kennen. Dit zijn vaak langere trajecten die alleen mogelijk zijn dankzij vaste donateurs. Wij zijn dankbaar voor elke donatie, maar het beste help je ons met een maandelijks bedrag naar keuze of met een periodieke schenking.
Veel mensen zijn in de veronderstelling dat de massale vleesconsumptie van tegenwoordig heel normaal is en onze voorouders ook zo veel vlees aten. De huidige vorm van uitbuiting en uitputting van landbouwdieren is echter begonnen na de Tweede Wereldoorlog toen er hongersnood in Nederland was. Er moest zo snel mogelijk veel en goedkoop voedsel worden geproduceerd. Deze lucratieve aanpak is voortgezet en verder uitgebouwd tot ware fabrieken met dieren als productiemachines. Het doel is om landbouwdieren explosief te laten groeien in korte tijd en onnatuurlijk veel nakomelingen te laten krijgen. Het aantal dieren in de intensieve veeteelt is dan ook gigantisch en door de schaalvergroting worden in volautomatische megastallen steeds meer dieren gehouden door minder boeren.
Jaarlijks worden:
Denk je aan het woord boerderij dan komt er vast een beeld bij je op van een charmante boerenwoning tussen groene weilanden met koeien, een erf waar een hond en wat kippen scharrelen en een paar knorrende varkens in een stal. De realiteit is helaas dat miljoenen ‘productiedieren’ zijn opgesloten in enorme potdichte stallen vol ammoniaklucht en pas daglicht zien op weg naar het slachthuis.
De veeteeltbedrijven en aanverwante sectoren geven graag de indruk dat dieren zo’n goed leven hebben bij Nederlandse veeteeltbedrijven, maar niets is minder waar. Verpakkingen van vleeswaren met blije varkentjes of grappige kippen zijn totaal ongepast als je weet hoe deze dieren hun extreem korte leven doorbrengen en eindigen. Schrijnend is de hashtag #Pigstory met promotieplaatjes van varkens die een ‘leuk’ leven zouden hebben in de varkensfabrieken. Het eerlijke verhaal deelt de varkenssector liever niet.
Een misvatting die ook in stand wordt gehouden is dat alle veeboeren de belangrijke taak hebben onze bevolking te voorzien van voedsel. Organisaties die ervoor pleiten om het aantal landbouwdieren fors te verlagen zouden die voedselvoorziening in gevaar brengen. In Nederland is echter sprake van een gigantische overproductie. 80% van het varkensvlees is bestemd voor de export: Nederland is namelijk de grootste vleesexporteur van Europa. Niet bepaald iets om trots op te zijn.
Het is voor de dieren in de vee-industrie niet mogelijk om natuurlijk gedrag te vertonen. Ingeklemd tussen stangen baren zeugen ontelbare biggen op een kale vloer, en in de modder rollen of wroeten is ondenkbaar. Ze zijn zo gefokt dat ze meer tepels hebben dan vroeger en meer biggen krijgen; desondanks is er niet voldoende voeding voor zo’n grote worp biggen, dus de biggensterfte is hoog.
Melkvee is inmiddels zo gefokt dat koeien 3x zo veel melk geven als 100 jaar geleden, het zijn melkfabrieken geworden met extreem grote uiers. Een paar uur na de geboorte worden kalfjes weggehaald bij de koe, iets wat bij melkvee heel gebruikelijk is maar niets met een natuurlijke situatie te maken heeft. Dat moeder en kind bij elkaar willen zijn is voor koeien niet anders dan voor mensen, dit komt door een natuurlijk hormoon, oxytocine. Ook in de geitenhouderij is deze wrede scheiding de gebruikelijke werkwijze.
Vleeskalfjes worden vlak na de geboorte gescheiden van hun moeder en eenzaam opgesloten in een kale box in een opfokbedrijf. 66% van de dieren krijgt bloedarmoede door een dieet met weinig ijzer en vezels, om wit vlees te verkrijgen. Vleesrunderen worden gefokt op spiermassa en groeien onnatuurlijk snel: zo’n 1,2-1,4 kilogram per dag. Het skelet van deze ‘dikbillen’ is hier niet op berekend. Ook is een natuurlijke bevalling bij 85%-90% van deze dieren niet mogelijk.
Staleenden hebben geen zwemwater tot hun beschikking en de meeste kippen kunnen geen stofbad nemen. Sterker nog, binnen 6 weken groeien vleeskuikens uit tot een enorme kip die niet meer op zijn poten kan staan en in zijn eigen uitwerpselen op het einde wacht.
We passen dieren zelfs fysiek aan aan de omstandigheden waarin we ze hebben gedwongen te leven. Zo wordt bij kalkoenen een stuk snavel verwijderd om pikken tegen te gaan en worden bij biggetjes de staarten afgebrand om staartbijten bij de verveelde en gefrustreerde dieren te voorkomen.
Het is schering en inslag, de berichten over stalbranden waarbij duizenden dieren omkomen. Elk jaar is het aantal slachtoffers hoger. Opvallend is dat er verhoudingsgewijs veel vaker brand uitbreekt in megastallen dan bij reguliere veehouders.
De cijfers liegen er niet om:
Dit is ontluisterend, maar koude cijfers doen geen recht aan de gruwelijke werkelijkheid voor dieren die dit meemaken. Na een stalbrand wordt onderzoek gedaan door de verzekeraar, want de dieren vertegenwoordigen een waarde, net als de stal die verloren is gegaan of ernstig beschadigd is. Dat de dieren slechts als voorwerpen worden gezien in de veeteelt blijkt ook uit het feit dat aanwezigen op het terrein na een stalbrand dieren nog hoorden gillen in hun stal. Deze dieren worden financieel als verloren beschouwd, er wordt geen geld of tijd meer aan gespendeerd om hun leed te verzachten of te stoppen.
De laatste gang van ieder dier bestemd om op een bord te belanden is de weg naar het slachthuis. Op het (relatieve) welzijn tijdens veetransporten vindt controle plaats, maar dat laat ernstig te wensen over. Toezichthouder NVWA laat doorlopend steken vallen. Zo werden er bij de Noordelijke slachthuizen tegen de wet in en onder toezicht van de NVWA zieke of kreupele dieren getransporteerd, dieren die al lang medische hulp hadden moeten krijgen bij het veeteeltbedrijf.
Ook vinden er nog altijd diertransporten plaats bij tropische temperaturen. Iedere zomer publiceert AnimalsToday beelden van dieren met ernstige hittestress, omdat de temperatuur in de volgepropte aanhangers oploopt tot extreme hoogten. Het ‘Nationaal plan voor veetransport bij extreme temperaturen’ is absoluut ontoereikend: pas bij 35 graden geldt sinds 2 juli 2020 een vervoersverbod. Hittestress is afschuwelijk en er komen dieren hierdoor om het leven, wat een gruwelijke dood is.
Nederland exporteert onder meer runderen, kalfjes en biggen naar het buitenland, waardoor de dieren lang onderweg zijn. Hoewel het transport buiten de EU inmiddels verboden is, kunnen deze dieren wel over zee worden vervoerd, onder meer naar het Midden-Oosten. Deze dieren zijn daardoor alsnog veel te lang op transport, met alle ellende van dien.
In de intensieve visteelt (aquacultuur) worden grote hoeveelheden vissen in enorme tanks gehouden waarin ze nauwelijks ruimte hebben om te zwemmen. In Nederland worden jaarlijks 5-17 miljoen vissen gekweekt, vooral snoekbaars, paling, forel, meerval, claresse, tarbot, garnaal, tilapia, steur en yellowtail kingfish. Om kweekvissen die ook andere soorten eten te kunnen voeden, zoals zalm en forel, wordt een derde van de wereldwijde visvangst uit het wild gebruikt voor de kweekvisindustrie. Helaas is er amper wetgeving die vissen beschermt, terwijl uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat deze dieren ook angst, stress en pijn voelen. De doodsstrijd van kweekvissen is lang en pijnlijk. Palingen mogen, mits het om kleine aantallen gaat, nog in een zoutbad worden ontslijmd. Dit is vergelijkbaar met het toebrengen van brandwonden. Organen van vissen worden bij leven verwijderd. Verstikken duurt lang: voor haringen meer dan een half uur en voor platvissen als tong en schol zelfs tot vier uur.
Na een miserabel leven en een stressvol transport eindigt het leven van dieren uit de vee-industrie in het slachthuis. Ook dieren die helemaal niet op transport zouden mogen omdat ze ziek zijn of gewond. Dieren die met grote regelmaat geschopt en geslagen worden bij het in en uitladen en het opjagen richting de verdoving en uiteindelijke slachtlijn. Dit gebeurt niet alleen door slachthuismedewerkers, maar ook door medewerkers van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA), waarvan ook regelmatig undercoverbeelden zijn gepubliceerd. Geen enkel dier wil vrijwillig geslacht worden: dieren stribbelen dan ook tegen, waarna ze hardhandig worden vastgegrepen, voortgeduwd en gefixeerd. Het is geen uitzondering dat er met dieren wordt gesmeten.
Ook tijdens de slacht gebeuren er vreselijke dingen, zoals het levend ‘koken’ van varkens, een schandaal waar heel Nederland met afschuw over sprak. Het komt ook voor dat dieren niet goed worden verdoofd en na aan een poot omhoog te zijn getakeld nog bij bewustzijn blijken te zijn.
Niet alleen tijdens hun leven, maar ook op weg naar hun einde worden dieren uit de intensieve veeteelt behandeld als dingen die geld opleveren, niet als levende wezens die net als mensen pijn en stress voelen en daaronder lijden.
Het is in Nederland bij wet verboden om onverdoofd te slachten. Maar voor Islamitische en Joodse rituele slacht (halal en koosjer) geldt een uitzondering. Dit is onaanvaardbaar, want het moet voor een dier niet uitmaken welk geloof zijn slachter heeft. Jaarlijks worden vele koeien, kalfjes, schapen, lammetjes, geiten en kippen op een verschrikkelijke manier onverdoofd geslacht, met veel stress en pijn. Schapen en geiten worden ondersteboven aan haken opgehangen of op hun rug gelegd en gefixeerd. Volwassen runderen en kalfjes worden in een kantelbox 180 graden gedraaid en hangen zo ondersteboven met hun kop uit de box. Bij bewustzijn wordt de dieren de keel doorgesneden, waarbij meerdere halen nodig zijn, waarna ze doodbloeden. Meer dan 230 wetenschappelijke onderzoeken en publicaties tonen aan dat onverdoofd slachten leidt tot ernstig dierenleed, zoals ook een dierenarts die toezichthouder is bij verdoofd en onverdoofd slachten toelicht in een column op Animals Today. Runderen zijn nog 1 tot 4 minuten bij bewustzijn nadat hun keel is doorgesneden.
Niet alleen voor de dieren die er hun korte leven moeten doorbrengen is de intensieve veeteelt een tragedie. De massale vlees- en visproductie heeft een negatieve impact op onder meer het klimaat, biodiversiteit en schoon water, wat enorme gevolgen heeft voor de mens.
Dierziekten in de volgepropte stallen zijn al haast gewoon geworden. Vogelgriep, varkenspest, Q koorts zijn niet alleen voor de getroffen dieren een ramp, waardoor massa’s dieren uit voorzorg worden gedood (geruimd). Ze bedreigen ook de volksgezondheid. Dat sommige dierziekten met grote gevolgen kunnen overspringen van dier naar mens en omgekeerd is door de Covid-19 pandemie pijnlijk duidelijk geworden.
House of Animals ziet het liefst een definitief einde van de intensieve veeteelt, in welke vorm dan ook. We realiseren ons echter dat dit nog een tijd zal duren. Voor ons is het daarom een prioriteit dat ‘landbouwdieren’ niet langer als producten worden behandeld, maar erkenning krijgen als levende wezens met gevoel en emotie. Daarom willen we dat het recht op respect voor hun intrinsieke waarde bij wet wordt vastgelegd – de uitvoering van de Wet Dieren voorziet hier nu onvoldoende in - en de vee-industrie drastisch inkrimpt. Alleen zo is een dierwaardig(er) leven mogelijk.